Oude Begraafplaats zit vol verhalen: ‘Boeiende plek’

Wil Coolen (r) en Harrie Toussaint (l)
Wil Coolen (r) en Harrie Toussaint (l)
Foto: Evert Meijs

Rond Allerheiligen en Allerzielen (op 1 en 2 november) krijgen de dood en daarmee de begraafplaatsen extra aandacht. We maken met Harrie Toussaint en Wil Coolen, bestuursleden van Stichting Op den Rösheuvel, een rondwandeling over de dodenakker aan de Kerkhofstraat, de Oude Begraafplaats.

In de schaftkeet staat de koffie klaar. Het bestuur van Stichting Op den Rösheuvel babbelt met vrijwilliger Harrie van de Paal over vroeger, toen hij nog beheerder was. Korte tijd later komt het gesprek op de uitgestrekte begraafplaats, die door de jaren heen steeds weer is uitgebreid. “De geschiedenis gaat terug tot het jaar 1500, toen hier een kerk werd gebouwd”, zo legt Coolen uit. Er komen enkele vrijwilligers binnen die graag meeluisteren naar de verhalen. “Toen in 1860 de Nicolaaskerk aan de Markt in gebruik is genomen, is het oude gebedshuis gesloopt. Maar de doden bleven hier begraven worden”, gaat Coolen verder.

Uiteindelijk neemt de gemeente het lappendeken van gescheiden begraafplaatsen in 1965 in zijn geheel over. “Toen in 1970 begraafplaats Eikenhof aan De Sil werd geopend, leek deze begraafplaats ten dode opgeschreven en werd als het ware een sterfhuisconstructie toegepast”, markeert Coolen de geschiedenis.

Actueel houden

Na hier enkele decennia geen begravingen te hebben mogen doen, komt in 2012 weer groen licht. De Oude Begraafplaats is vanaf die periode weer een bijzondere plek bij het centrum. “Mensen hebben er geen weet van hoe mooi het hier is. Het is hier een oase van rust. Bovendien herkennen bezoekers vaak allerlei personen uit hun familie of uit hun omgeving”, zegt secretaris/penningmeester Toussaint, die samen met Coolen ook rondleidingen verzorgt op de begraafplaats. Tegenwoordig vinden er nog gemiddeld zo’n tien begravingen of bijzettingen per jaar plaats. Bovendien stelt de stichting alles in het werk om deze historische plaats van rust en bezinning actueel te houden door onderhoud, aanpassingen, restauraties en onderzoek naar nabestaanden en funeraire gewoonten en gebruiken.

Tekst gaat verder onder de foto

Daarna geven de mannen uitleg bij het informatiebord bij de ingang. Dat paneel geeft de feitelijke situatie van 1969 weer. “Tot op de dag van vandaag zullen hier zo’n 12.000 mensen zijn begraven”, meldt Coolen. Hij zegt dat ruimingen hier doorgaans alleen maar bovengronds hebben plaatsgevonden; dus de stoffelijke resten zijn altijd ondergronds gebleven. “Tenzij nabestaanden hun familie wilden herbegraven, hier of elders.” Dan wijst hij naar de Calvarieberg, de grot in het midden van het hoofdpad. Net als in de kerk vroeger, zijn hier de grootste en dus duurste graven gesitueerd. De laatste rustplaats van de bekende Rinus Michels wordt voorbij gelopen en toont de gids de voormalige scheiding tussen de vroegere begraafplaatsen.

Richard Hamond

“Achteraan zijn enkele vakken gemaakt waar begraven kan worden onder dezelfde condities als op Eikenhof. Op andere plekken op deze begraafplaats zijn meer mogelijkheden voor individuele grafkunstwerken, en is het tarief ook aangepast”, zo legt Coolen uit. Via enkele paden wordt de plek bereikt waar de allereerste eerste kerk stond. In de grond is te zien waar de fundamenten lagen. “Daar ligt het oudste graf, van Engelsman Richard Hamond. Hij overleed in 1845 en woonde lange tijd in Valkenswaard.”

Er valt nog heel veel meer boeiends te vertellen. Gelukkig heeft de stichting een uitvoerige website waarop zeer veel nuttige informatie te vinden is. “Maar als je met een paar mensen bent, kun je te allen tijde een aanvraag doen voor een rondleiding”, zegt Coolen.

 

Like onze FACEBOOKPAGINA of schrijf je in voor de NIEUWSBRIEF en mis niets

Valkenswaard Nieuws is onderdeel van Klinkr Media. Meer info? Bezoek KlinkrMedia.nl